Meer dan helft studenten leent om te sparen
Meer dan de helft van de studenten gebruikt een deel van hun lening om te sparen. Uit onderzoek van het Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting (Nibud) onder 1383 studenten blijkt dat 54 procent hun studielening daarvoor gebruikt.
Studenten doen dat om later een huis te kunnen kopen, om na de studie geld achter de hand te hebben of simpelweg omdat de rente erg laag is.
Het Nibud waarschuwt dat meer lenen dan nodig is voor de studie tot onnodig hoge schulden kan leiden. De rente is nu verwaarloosbaar, maar het rentepercentage van 0 staat niet vast, omdat de rente na afloop van de studie eens per vijf jaar opnieuw wordt vastgesteld.
Uit het onderzoek blijkt ook dat studenten het steeds minder erg vinden om een studieschuld te hebben. In 2015 vond bijna 30 procent van de studenten lenen een probleem, nu is dat 12 procent.
Normaal
Lenen lijkt dus gewoner te worden. Studenten groeien na het afschaffen van de basisbeurs op met het idee dat lenen heel normaal is, aldus het Nibud.
En dat bevestigen de cijfers. In twee jaar tijd verdubbelde het percentage leners van 30 in 2015 naar 62 in 2017.
"Dat is op zich geen probleem, zolang de studenten maar goed kijken naar wat ze precies nodig hebben", zegt Radstaak. "Maar als je meer leent dan het noodzakelijke neem je onnodig risico's."
Ouders
Studenten doen vaker een beroep op hun ouders. Ze blijven vaker thuis wonen (56 procent) en krijgen vaker financiële steun van de ouders. Voor 39 procent van de studenten betalen de ouders het collegegeld, voor 34 procent betalen ze de zorgverzekering.
Net als in 2015 werkt tweederde van de studenten, maar degenen die werken maken wel meer uren.
In Nederland heeft 73 procent van de studenten een studieschuld. Dit zijn zowel studenten die nog onder het oude stelsel met de basisbeurs vallen, als onder het nieuwe leenstelsel.
Terug naar overzicht